Het was weer zo`n slapeloze nacht waarin mijn gedachtes steeds harder weerklonken in mijn hoofd en ik had een ernstige behoefte aan nicotine. Voordat ik het wist zat ik op m`n fiets al rijdend naar de horndijk waar ik op een bankje neerplofte en onder het genot van een sigaret kon genieten van ‘het mooie uitzicht’ over de loosdrechtse plassen, nu weliswaar gehuld in het maanlicht. Er stond veel wind en ik kon de golven, nu niets meer dan een donkere bewegende massa, horen neerslaan tegen de wal. Al hijsend aan mijn sigaret bereikte ik het punt van innerlijke rust en schijnbare gedachteloosheid, het einde van mijn sigaret naderend kreeg ik ineens een buitengewoon hier-moment. Ineens was ik me heel bewust van mijn lichaam en de ruimte waarin ik me bevond, alsof ik plotseling was ontstaan en voor het eerst de aarde onder mijn voeten voelde. Vergelijkend met dit gevoel leken mijn gedragingen hiervoor louter onbewust, slechts uit automatisme en vanzelfsprekend. Nu deze vanzelfsprekendheid overstijgend leek het alsof ik hiervoor mijn lichaam, mijn ‘zelf’, alsmaar had ontkent.
Opeens leken mijn zojuist geaarde voeten vastgenageld aan de grond. De duisternis had de wereld onder haar deken verhuld, enkel de woorden, de ideeën, van wat ik hier normaal bij daglicht voor me had gezien, de wal, het water, het mooie uitzicht, bleven over. De stoffelijke wereld verdween in een groot zwart gat waarin ik werd meegezogen naar de werkelijkheid in mijn hoofd en meegenomen werd op een innerlijke reis door de wereld van mijn ideeën. Met de filosofielessen nog levendig in mijn hoofd moest ik ineens denken aan Heraclitus en Plato en hun opvattingen over de werkelijkheid. Dat de stoffelijke wereld veranderlijk is en voortdurend in beweging heb ik in een verschil van dag naar nacht ervaren, en dat ik nu niet veel aan mijn zintuiglijke waarneming heb is ook wel duidelijk, enkel de ideeën van de werkelijkheid om me heen deden zich onveranderd voor in mijn hoofd. In mijn hoofd doemde zich nu de vraag op of deze ideeën die ik heb nu eigenlijk wel zo onveranderlijk zijn? De ideeën die ik nu over de werkelijkheid of wereld heb zijn niet altijd zo geweest.
Als kind had ik enkel ideeën die hun plek in de wereld nog moesten zien te vinden, zo dacht ik vroeger altijd dat wanneer je ouder werd je gewoon een huis zou krijgen. Later kwam ik erachter dat je ervoor moest betalen wat wel meteen de oneerlijkheid in huisomvang verklaarde. Nu zo terugkijkende op mijn kinderjaren herken ik wel een beetje de lijn van het mythische denken naar het logische denken. Als kind bedacht ik voor mezelf hoe de dingen in elkaar zaten, met mijn levendige fantasie creëerde ik een wereldbeeld voor mezelf. Naar mate ik ouder werd en ik door middel van ervaring een logischere kijk op de wereld had gekregen kreeg mijn omgeving toch een heel andere vorm, en nu nog steeds eigenlijk, ik leer nog steeds heel veel dingen die mijn ideeën en kijk op de wereld beïnvloeden. Zo was de werkelijkheid van mijn 12-jarige -ik ook heel erg anders dan de werkelijkheid van mijn huidige 22-jarige- ik.
Nu ik het heb over veranderende wereldbeelden ben ik opeens blij dat het wereldbeeld van de mens door de jaren heen op schrift terug te vinden is, vastgelegd is. Net zoals een foto een mimesis kan zijn van de werkelijkheid is een boek een mimesis van de tijd waarin het is geschreven, het is een momentopname, zo kunnen bepaalde verouderde ideeën waarvan we nu weten dat ze niet waar zijn, zoals men vroeger dacht dat de aarde plat was, daarin nog als waarheid gelden. Dat vind ik wel grappig en ook veel leuker dan de steeds veranderlijke informatie die op het internet gepubliceerd wordt. Maar internet is wel weer leuk omdat je daar kan zijn wie je wilt zijn zonder dat iemand weet hoe je in werkelijkheid bent, je kan jezelf voordoen alsof je zeer welvarend bent of wanneer je man bent kun je nu een vrouw zijn en noem maar op.
Zo heb je ook netwerken als Hyves en Facebook waar je een beeld van jezelf kunt creëren door bijvoorbeeld alleen maar feestende foto`s van je zelf er op te publiceren; iedereen zal denken dat je een enorm feestbeest bent. Zo zet ik ook wel eens foto`s van mezelf met een bekende Nederlander of foto`s van steden die ik heb bezocht er op zodat het lijkt alsof ik een interessant leven heb, terwijl dit ook maar slechts momentopnames waren. Maar ach ja gelukkig kun je altijd nog dromen over een ideaal leventje.
Dromen is trouwens een heerlijk tijdverdrijf en kan je ook de werkelijkheid doen overstijgen, hoewel dromen ook een zeer verwarrend effect op je kunnen hebben omdat ze zo ongelooflijk ‘echt’ kunnen lijken dat je soms even niet meer weet of je iets nu gedroomd hebt of dat het zich werkelijk heeft voorgedaan. Ik had toen ik op de middelbare school zat een telkens terugkerende droom waarin ik mijzelf in een ziekenhuisbed in coma zag liggen, om mijn bed staan allemaal onbekende mensen die daar schijnbaar mijn familie zijn .Wat er telkens weer naar voren kwam in die ‘droom’ was dat ik niet droomde dat ik in dat ziekenhuisbed lag en in coma lag maar dat ik werkelijk in coma lag en het leven dat ik nu leefde juist een droom was. Een lange tijd heb ik met dit idee in mijn hoofd gespeeld. Ik dacht voor heel even serieus dat dit leven gewoon een droom was en ging me afvragen hoe het zou zijn om eindelijk te ontwaken uit mijn coma. Ook dacht ik na over de consequentieloosheid in dromen, als dit nu allemaal een droom zou zijn kon ik dan niet gewoon alles naar mijn hand zetten? Gewoon zonder te betalen een winkel uit lopen of bij mensen hun broek naar beneden trekken…Het feit dat ik dit niet deed was genoeg voor mij om te weten dat mijn leven hier geen droom was. Afleidend hieruit bedacht ik me dat ik dan ergens diep van binnen of onbewust wist wat het verschil is tussen droom en werkelijkheid.
Over dromen gesproken, ik moet hier al minstens een uur of twee hebben gezeten. Het licht van de opgaande zon tilt stukje bij beetje de deken van duisternis op en de wereld om me heen begint weer steeds meer te lijken op de ideeën ervan in mijn gedachten. Ik rookte nog snel even een sigaretje, sprong daarna snel op m`n fiets richting huis waar ik neerplofte in bed en al snel naar dromenland vertrokken was.
Wat heb ik geleerd van deze filosofische overpeinzingen?
Ik heb geleerd dat ‘werkelijkheid’ eigenlijk maar een relatief gegeven is, het heeft betrekking op leeftijd, omgeving, tijd etc. Tijdens mijn innerlijke reis is me dan ook wel duidelijk geworden dat er niet één werkelijkheid is maar dat er verschillende dimensies van werkelijkheid zijn. Zo is hongersnood wel een werkelijkheid die behoort in de wereld maar niet voorkomt in mijn werkelijkheid. De verschillende dimensies van de werkelijkheid zou je bijvoorbeeld als volgt kunnen indelen, er zijn er ongetwijfeld nog wel meer maar laten we hiermee beginnen;
- Wereldse dimensie; hongersnood, natuurrampen
- Landelijke dimensie; bijvoorbeeld cultuur van het land/volk.
- De dimensie van de ‘ander’; bepaalde opvattingen/ideeën, het referentiekader van een persoon.
- De dimensie van het ‘ik’; je eigen opvattingen/ideeën, je eigen referentiekader.
Deze dimensies kunnen elkaar ook overlappen, zo kan de landelijke dimensie van invloed zijn op je referentiekader, op de bepaalde opvattingen en ideeën die je hebt. En kan het bijvoorbeeld ook zo zijn dat er in jou land hongernood is en jezelf ook misschien wel honger lijdt dan behoort dit tot jouw landelijke dimensie en tot de dimensie van je ‘ik’. De werkelijkheid van de één is nu eenmaal niet die van de ander.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten